Maastricht Aachen Airport

Tandeloze controleurs

Maastricht Aachen Airport is verworden tot de onemanshow van Gedeputeerde Beurskens, terwijl Provinciale Staten machteloos toekijken.
24 juni 2016 | Dagblad de Limburger / Limburgs Dagblad

Mijn mond valt er inmiddels niet meer van open. Afgelopen woensdag lieten een aantal Statenfracties in deze krant optekenen dat ze niet ‘tegen elke prijs’ meer aan Maastricht Aachen Airport (MAA) willen uitgeven, dat het bedrag nu ‘wel heel erg begint op te lopen’ en dat met al die ‘potjes’ het onoverzichtelijk begint te worden, zeker nu ook nog eens bedrijventerrein Aviation Valley aan het infuus moet. MAA lijkt geen probleem van economische, maar van bestuurlijke aard. Kan de provincie dit dossier eigenlijk wel aan?

Voldongen feiten

Dit soort reacties wekken misschien de indruk dat Provinciale Staten er bovenop zit. Feitelijk is het mosterd na de maaltijd. Alle besluiten over de luchthaven zelf zijn nu genomen en met een meerderheid ook door het Parlement goedgekeurd. Zelfs de €3,7 miljoen aan extra kosten die Gedeputeerde Beurskens, verantwoordelijk voor MAA, afgelopen vrijdag presenteerde, zijn als voldongen feit aangenomen. Ook het definitief maken van de steun na 2024 is een feit en geen keuze meer.

Met het bedrijventerrein Aviation Valley zal het vermoedelijk net zo gaan als bij MAA. Bij het reddingsplan voor het vliegveld was een potje van €15 miljoen voor terugkerende investeringen inbegrepen, dat weer gevuld zou worden door de verkoop van het bedrijventerrein. Nu dat de vastgoedmarkt tegenzit, heeft de provincie geen andere keuze dan het bedrijventerrein overeind te houden om zo alsnog ooit die gelden te kunnen innen. De provincie is dus niet alleen luchtvaartondernemer geworden maar ook vastgoedbelegger.

Provinciale Staten is over de besluiten aangaande MAA steeds uitgebreid door Gedeputeerde Staten geïnformeerd en wist waar het geld aan besteed zou worden. Dit in tegenstelling tot de gemeenten Beek, Maastricht, Heerlen en Sittard-Geleen die samen €6 miljoen hebben gestort zonder dat ze precies wisten waarvoor. Blijkbaar is Provinciale Staten niet goed in staat geweest het overzicht te bewaren, de risico’s in te schatten en überhaupt te overzien waar het met MAA heen zou kunnen gaan.

Bestuurlijk probleem

Het dossier MAA raakt een dieperliggend, bestuurlijk probleem in de regio met de asymmetrie van informatie tussen de uitvoerende en controlerende macht. De uitvoerende macht – Gedeputeerde Staten en de colleges van B&W – wordt niet alleen fulltime betaald om haar werk te doen, maar kan ook nog eens een ambtenarenapparaat aansturen. De controlerende macht – Provinciale Staten en de gemeenteraden – bestaat uit vrijwilligers die zelfstandig, parttime het werk van fulltime werkende bestuurders moeten controleren. Daarbij komt dan ook nog eens onze cultuur van coalitievorming, waardoor meerderheden in parlementen en gemeenteraden sowieso al overwegend de uitvoerende macht steunen.

Het dossier MAA is zo de onemanshow van Gedeputeerde Beurskens, waar tegenover een tandeloos parlement staat. Wetende dat een luchthaven daarbij het provinciale terrein ver overstijgt – denk bijvoorbeeld aan de concurrentie met vliegveld Luik, zijn de risico’s niet te overzien. Kwalijk is ook de weinig kritische blik van het Parlement als het gaat om wat wel en niet een publiek belang dient. Het is nu nog wachten op de benoeming van Beurskens tot luchthavendirecteur. Dan zou de cirkel pas echt rond zijn. Zo ‘kocht’ de vorige exploitant immers ook met ex-Gedeputeerde Tindemans invloed bij de provincie. En Provinciale Staten? Machteloos.

Dit artikel verscheen bij Dagblad de Limburger / Limburgs Dagblad op 24 juni 2016.